Uit dag in Dag uit
Adonia, de vierde zoon van David en Chaggit (Een van Davids vrouwen) werd door het overlijden van zijn drie oudere broers (Amnom, Kiliab en Absalon) de volgende in lijn om zijn vader op te volgen. David had daar geen moeite mee, maar de verzwakte David, regelde dit ook niet. Toen Adonia aanstalten maakte om troonopvolger te worden. nodigde hij zijn halfbroer Salomo niet uit op het grote feest waar Adonia zich wilde laten zalven tot koning over geheel Israƫl. Hij deed dat omdat hij wist dat Salomo zelf koning wilde worden.
David echter had aan zijn moeder Batseba beloofd dat Salomo hem zou mogen opvolgen. Met alle macht en feestelijkheden organiseerden de medestanders van Salomo een grote kroning en zalvings plechtigheid. Adonia hoorde dat het feestgedruis erg hevig was. Hij begreep dat dit slecht voor hem zou kunnen aflopen. Daarom vluchtte hij naar de tempel en greep een van de 4 hoorns vast. Dit was zijn redding want Salomo achtte deze daad als een teken van oprecht berouw.
De sunamitsche Abisag
De oude en koude David kreeg een bijvrouw aangeboden die hem zou kunnen warmhouden. Na de dood van David vroeg Adonia via de moeder van Salomo, Batseba, of zij wilde vragen aan Salomo of hij met Abisag zou mogen trouwen. Het was aan het hof bekend dat David geen gemeenschap met deze laatste vrouw had. Adonia was echter niet uit op een mooie vrouw. Salomo zag in dit verzoek inderdaad een poging van Adonia om alsnog de troon te pakken te krijgen.
Dag in, Dag uit
Deze overdenkingen uit dit dagboekje zijn af toe aanleiding tot fijne gesprekjes tussen Ann en mij, zo vlak voor het slapen gaan. We zetten op die manier, onze geest even in de goede richting. Een film of nieuwsbericht kan je geest soms zo naar de zichtbare wereld trekken dat je los van God in slaap valt. Het is goed Hem te eren voor je gaat slapen.
Paul